zaterdag 10 juli 2010

Augmented Plons


Enkele blogs geleden schreef ik over mijn ingebakken conservatisme... althans, op het gebied van de digitale revolutie. Dat continue gevoel achter te lopen, knaagt aan me. Ik zit liever onder een boom met een goed boek, dan dat ik mijn mening over het Nederlands elftal twitter, maar toch probeer ik bij te blijven. Mijn museum houdt me gelukkig bij de les.

“Kan jij aanstaande donderdag naar de eindpresentatie van die studenten?” vroeg Frans van Hamburg mij laatst.
Frans is onze zakelijk directeur annex zestigjarige it-goeroe. Hij doelde op een presentatie van multimedia-toepassingen die studenten Communicatie, Media en Informatietechnologie met acht Rotterdamse musea hebben uitgedokterd. Ook het Maritiem Museum deed mee.

Op mijn fietsje toog ik naar de het gebouw van Hogeschool Rotterdam aan de Pieter de Hooghweg en mengde mij met een professionele gelaatsuitdrukking tussen alle hippe studenten die hun digitale vondsten in de aula aan de man brachten. Heel inspirerend. Ik zag tot touch-screens omgetoverde museumruiten, een gedigitaliseerd morse-spel en een game waarbij verveelde pubers meesterwerken uit de kunstgeschiedenis mochten verkrachten.
“Wilt u het ook eens proberen, meneer?”
Een magere wizzkid duwde mij een Wii-controller in handen.
“Kijk, u selecteert een deel van het schilderij en dan kunt u met dit palet met kleuren en structuren dat gedeelte van de afbeelding veranderen. Naar eigen smaak. Gewoon door te slepen.”
Aha, eenvoudig. Mijn kinderen hebben ook een Wii, dus dat moest lukken, maar hoe ik ook richtte en klikte, ik bakte er niets van.
“Dat komt door de tl-verlichting,” zei de student iets te begripvol. Zijn inlevende toon verraadde dat hij mij eigenlijk een seniele bejaarde vond.
“Ach ja, onhandig dat licht, maar… leuk spel, leuk spel!” antwoordde ik quasi-deskundig.

Kortom, deze digibeet beleefde een leerzame middag. Rest mij nog te melden dat de studenten die voor het Maritiem Museum Professor Plons in augmented reality hebben omgezet, werden uitgeroepen tot het beste team van 2010. Terecht! Ze hadden inderdaad een erg leuk idee, gebaseerd op voetbalverzamelplaatjes en een augmented gimmick, als u begrijpt wat ik bedoel.

donderdag 1 juli 2010

Natte oksels


Deze week hadden we 150 kleuters uit Barendrecht over de vloer. Een mooi moment om de nieuwe les Sjaak de Scheepshond uit te testen. Sjaak is namelijk erg eenzaam en zou heel graag een vriendje hebben om mee te spelen. Althans, dat spelden we kleuters op de mouw.

Het principe van de les is simpel. In de tentoonstelling Geen Zee te Hoog zijn allerlei dieren te zien op schilderijen, in boeken, op posters en in vitrines. Nooit als hoofdrolspeler, maar altijd als ornament, franje, bijzaak. Ook op het tussendek van marineschip de Buffel vind je dieren: een kaketoe in de matrozenhut, een kat bij de commandant, een rubber eendje naast zijn bad, enzovoort. Kortom, genoeg maritieme fauna voor een spannende speurtocht; kinderen uit groep 1 tot en met 4 mogen op zoek naar vriendjes voor Sjaak.

Nou, dat laten kleuters zich geen twee keer zeggen.

Vol enthousiasme ging het grut aan de slag. En geloof me: kleuters kijken stukken beter dan een (mannelijke) educator. Al binnen vijf minuten wisten de piepjonge proefkonijnen mij te wijzen op dieren die ik zelf nog niet eens ontdekt had.

“Meester, meester, ik heb een hondje gevonden.”

Inderdaad, op een schilderij over de trekvaart staat een minuscuul hondje van een centimeter (!) hoog afgebeeld. Wat een enthousiasme! Alleen die vragen hé! Vragen van kleuters zijn onnavolgbaar:

“Ben jij het baasje van Sjaak?”

Wijzend op het water in de Leuvehaven: “Is dat water echt?”

“Meester, waarom heeft u van die natte plekken onder uw oksels.”

Nee, dat gaat wel lukken, die nieuwe les over Sjaak.