Tussen al het andere economische leed is het u misschien ontgaan, maar in de afgelopen jaren woei er een straffe noordoostenwind door de Rotterdamse cultuursector. Bezuinigingen dwongen tot sluiting van historisch museum De Dubbelde Palmboom en de vlucht van het Nationaal Onderwijsmuseum naar Dordrecht. Wie een Afrikaans masker wil bewonderen in het Wereldmuseum moet zich tegenwoordig eerst een weg banen door culinaire hoogstandjes en klop je aan bij het Schielandhuis voor een bezoek aan Museum Rotterdam, dan kom je van een koude kermis thuis.
Kortom, er is een hoop gebeurd.
In dat licht valt het vertrek van ons museumschip De Buffel naar
Hellevoetsluis onder het kopje ‘klein leed’. De volgende spannende stap is echter
de fusie die we met onze buren van Het Havenmuseum aangaan. Een gedwongen
huwelijk, ingefluisterd door de Gemeente Rotterdam, maar wel een begrijpelijke; ik weet ook pas sinds mijn
sollicitatie dat het om twee afzonderlijke musea gaat. Qua onderwerp vertonen
beide instituten veel raakvlakken, maar toch leven het Maritiem Museum en het
Havenmuseum sinds de jaren tachtig met de ruggen naar elkaar toe. Gescheiden
van tafel en bed, zeg maar. Beide musea waren voor die tijd een geheel, maar de
echtscheiding was destijds een initiatief van… eh… tja… de Gemeente Rotterdam.
O ironie.
Na alle bezuinigingen kunnen we echter weer vooruitkijken. En ik moet
zeggen: het uitzicht bevalt prima. Informeel wordt er inmiddels samengewerkt en
de wederzijdse vooroordelen blijken beperkt houdbaar; het Havenmuseum wordt
niet bevolkt door ijzervretende rouwdouwers en het Maritiem niet door stoffige
boekenwurmen.
De educators van beide musea mochten als eerste daten. Maaike, de
collega van het Havenmuseum, Hanneke en ik zijn nu al zijn ruim een jaar bezig
met allerlei gezamenlijke projecten. Tot grote vreugde van beide partijen: we
delen immers dezelfde passie voor maritieme verhalen en kunnen samen alle
publieksgroepen bedienen. Afgelopen weekend (5 en 6 april) is met de opening
van Wonen op Water een volgende fase in de verloving aangebroken. We openden de
eerste tentoonstelling waarin de sterke punten van zowel het binnen- als
buitenmuseum naar voren komen. Onze boekenwijsheid, scheepsmodellen en know-how
van tentoonstellingsbouw werden gecombineerd met de kennis en het netwerk van
het Havenmuseum. Belangrijk, want dankzij de contacten van het Havenmuseum
met de liggers - de bewoners van
woonschepen - in de museumhaven, konden
we de tentoonstelling verrijken met leuke foto’s, interviews en een boeiende
rondwandeling.
Over dat laatste meer in een volgend blog.
De gevreesde koude kernfusie lijkt dus een warm huwelijk te worden. Als
we eind dit jaar officieel in het huwelijksbootje stappen, leveren alle
bezuinigingen dus toch nog iets moois op. Zou de crisis in de
cultuursector dan eindelijk voorbij zijn?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten